donderdag 24 december 2009

COP15 neemt zonder consensus Kopenhagen Akkoord aan

De vijftiende conference of the Parties (COP15) van het United Nations Framework Convention on Climate Change (UNFCCC) die van 7 – 19 december 2009 in Kopenhagen is gehouden, heeft zaterdag 19 december 2009 zonder consensus een niet wettelijk bindend Kopenhagen Akkoord aangenomen. Volgens een beslissing van de COP konden de landen die zich associëren met het Akkoord dat ondertekenen en de landen die zich niet associëren met het Akkoord konden erbuiten worden gelaten.

Het Kopenhagen Akkoord van drie pagina’s zal onder andere de uitstoot van broeikasgasconcentraties in de atmosfeer worden gestabiliseerd op het niveau dat gevaarlijke interventie met het klimaatsysteem voorkomt. De stijging van de mondiale temperatuur zal onder 2 °C worden gehouden. In welk jaar deze piek zal worden bereikt is niet aangegeven. De mondiale emissies zullen tegen 2050 worden beperkt met 50% beneden het niveau van 1990.

De cruciale rol van de vermindering van broeikasgassen van ontbossing en bos degradatie wordt erkend, evenals de noodzaak bossen te behouden om de uitstoot van broeikasgassen te verwijderen. Positieve prikkels zullen worden verschaft zoals acties door de onmiddellijke oprichting van een mechanisme (inclusief REDD-plus) om financiële bronnen van ontwikkelde landen te kunnen mobiliseren. De ontwikkelde landen zullen aan de ontwikkelingslanden nieuwe en additionele hulpbronnen verschaffen tot een bedrag van US$ 30 miljard in de periode 2010 – 2012. Er zal prioriteit worden gegeven aan adaptatiefondsen voor de meest kwetsbare landen, zoals de Least Developed Countries (LDC), de Small Island Developing States (SIDS) en landen in Afrika die worden geteisterd door droogte, woestijnvorming en overstromingen. Voor Afrika is voorspeld dat de hitte daar driemaal hoger zal zijn dan in de rest van de wereld.

Het Kopenhagen Akkoord bevat een bijlage die de landen die zich ermee associëren nog moesten ondertekenen tijdens de COP of via de UNFCCC-website.Het werd ontworpen door de Verenigde Staten en 25 andere landen, waar onder 14 ontwikkelingslanden zoals China, India, Zuid-Afrika, Brazilië, Ethiopië en Barbados (de vertegenwoordiger van de Alliance of Small Island States and low laying countres –AOSIS-), in de nacht van donderdag 17 op vrijdag 18 december 2009. President Barack Obama van de Verenigde Staten gooide het document op tafel tijdens zijn toespraak tot de staatshoofden. Hij kwam gisteren speciaal voor zijn toespraak naar de COP. Zijn bliksembezoek aan Kopenhagen heeft volgens de Zweedse radio ongeveer US$ 8 miljoen gekost. Na zijn rede vertrok hij direct weer. Terug in Washington gaf hij onmiddellijk een persconferentie, waarin hij zijn gehoor voorhield, dat de VN lidlanden het eens zijn met het Kopenhagen Akkoord. De landen konden echter geen consensus bereiken.

Onderhandelingen

De partijen hadden twee jaar lang onderhandeld over de tekst van wettelijk bindende overeenkomsten onder het spoor van de Ad-hoc Working Group Kyoto Protcol (AWG-KP) en dat van de Ad-hoc Working Group Long-term Cooperative Action (AWG-LCA). De AWG-KP is een van de twee grote onderhandelingsgroepen die zich richt op verdere onderhandelingen over wettelijk bindende comitéringen voor Annex 1 landen na 2012. De Annex 1 landen zijn de geïndustrialiseerde landen die hun emissies moeten verminderen. De AWG-LCA is de tweede grote onderhandelingsgroep die werd opgericht in Bali 2007 om onderhandelingen te voeren over een versterkte internationale klimaatovereenkomst. De onderhandelingen zouden eindigen in Kopenhagen.

De landen konden na twee jaar onderhandelingen maar niet tot overeenstemming komen over sleutelkwesties zoals het percentage van de uitstoot die moet worden verminderd tegen welk jaar, de piek die de verwarming moet bereiken tegen welk jaar en het bedrag dat de ontwikkelde landen moesten betalen aan de ontwikkelingslanden om zich aan te passen aan klimaatverandering en om hun broeikasgassen te verminderen.

Verdeeldheid onder ontwikkelingslanden

Toen Obama zich richtte tot de COP en het Kopenhagen Akkoord bekend maakte hielden de landen zich slechts bezig – langer dan 24 uur - met beraadslagingen over dit ‘overnight take it or leave it’ Akkoord dat niet op de agenda stond. De plenaire werd keer op keer urenlang geschorst.
De ontwikkelingslanden raakten verdeeld. LatijnAmerikaanse landen waren faliekant tegen het Kopenhagen Akkoord. Ze vonden dat de 25 landen geen besluiten namens hen konden nemen in een achterkamertje. De 14 ontwikkelingslanden die onderdeel waren van de 25 landen noemden ze verraders. Volgens hen is het Akkoord ondemocratisch, onduidelijk, manipulatief, catastrofaal, respectloos, dictatoriaal, beledigend, niet transparant en niet volgens de procedures van de COP. Ze vonden dat de ontwikkelde landen wel triljoenen US$ hebben betaald aan oorlog en om hun banken te redden tijdens de financiële crisis. Waarom kunnen ze dan niet meer betalen voor de klimaatschuld. Het geld dat de ontwikkelde landen aanbieden is niet eens genoeg om koffers te kopen voor hun toekomstige klimaatvluchtelingen, aldus LatijnAmerikaanse landen.

Brazilië zei te hebben geparticipeerd bij de totstandkoming van het document in goed vertrouwen en dat zij het meningsverschil tussen de ontwikkelingslanden respecteert. De vertegenwoordiger van het land deed een beroep op partijen de geest van dialoog en consensus te behouden.

Voor Bolivia is het akkoord geen goed signaal naar de wereld. Als volgens hem de temperatuur 2°C te boven gaat, dan zullen bepaalde landen economisch achteruit gaan. Hij noemt het akkoord verassend en vond dat het geweld doet aan democratische mechanismen. Het document is volgens hem verkeerd en zal de situatie in Afrika ernstig beschaden.

Venezuela zei, dat ze niet bedelt en dat de ontwikkelde landen hun geld in hun zak kunnen houden, want ze kunnen geen principes kopen. Ze heeft het document slechts vier uren in de hand en van haar wordt verwacht dat ze het beoordeelt. De imperiale stempel wordt affedrukt in het document. Haar waardigheid heeft geen prijskaartje, aldus Venezuela.
Barbados die AOSIS voorzit accepteerde het akkoord, maar niet alle landen die zijn aangesloten bij AOSIS waren het eens met de beslissing van Barbados die vond, dat het document niet perfect is, maar wel de basis biedt om emissies te verminderen. De eilanden in de Pacifische Oceaan die worden bedreigd met verdwijning bijvoorbeeld. Tuvalu die nu aan het zinken is en moet overgaan tot evacuatie van de inwoners. Diens president accepteerde het akkoord niet en verzocht de landen terug te gaan naar het originele document en het akkoord te beschouwen als een mis-document.

Ook Marshall Islands was het niet eens. Als je toestaat.dat de landen zinken, dan heb je een heel ras vernietigd, zei de president. Hij zei zich bedroefd te voelen, omdat hij niets mee kan nemen voor zijn kinderen. Hij klaagde dat zijn eiland zo klein is dat het niet eens is aangegeven op de wereldbol in een van de hallen van het Bella Centrum waar de COP werd gehouden.

Ghana ondersteunde het akkoord. Het geeft volgens haar hoop voor de toekomst. Het land zal volgens zijn vertegenwoordiger het document aannemen als een groot resultaat van de COP.
De vertegenwoordiger van de Least Developed Countries (LDC) zei het document te ondersteunen. Het is volgens hem misschien niet ambitieus genoeg, maar hij sprak de hoop uit, dat andere partners door het document geïnspireerd zullen raken om hun doel te bereiken.

Ambassadeur Lumumba Di-Aping van Sudan die G77 voorzit zei tijdens de plenaire van de COP, dat ze een succesvol einde wilden hebben van de COP, maar binnen een week hebben ze hun ideeën verloren. De ontwikkelde landen hebben volgens hem aangedreven om de onderhandelingen volgend jaar te continueren. Eerder kwam hij in het mediacentrum om de journalisten aldaar te woord te staan. Daar kondigde hij het Kopenhagen Akkoord aan als een zelfmoord pact en een economische dominantie van enkele landen. Hij zei dat het Kopenhagen Akkoord niets anders is dan een politieke verklaring.


Ontwikkelde landen eensgezind

De ontwikkelde landen waren voorstander van het Akkoord. De minister president van Denemarken zei dat er toch geen overeenstemming kon worden bereikt over hoofdzaken en dat de Afrikaanse landen het op de spits dreven door steeds meer geld te willen hebben van de ontwikkelde landen. Het lijkt wel smeergelden die ze moeten betalen. Bovendien moeten ze het bedrag ook nog verkopen aan hun belastingbetalers, aldus de minister president van Denemarken. De Verenigde Staten wilden wetenschappelijke bewijs hebben dat Tuvalu aan het verdwijnen is. Volgens hen is er ook geen garantie dat het Kyoto Protocol wordt gecontinueerd.

Geen consensus, dus opties

De COP-president gaf aan, dat het document niet door de COP kan worden aangenomen, omdat de landen het niet eens zijn met elkaar en volgens de reglementen van de COP worden er beslissingen genomen bij consensus. Hij gaf de landen een keuze tussen twee opties. De eerste was, dat zij strikt bij het idee van consensus blijven. De tweede optie was, dat het Akkoord wordt aangenomen en de landen die geen partij willen worden bij deze overeenkomst kunnen dan eruit blijven. De tweede optie was een voorstel van Engeland, anders kunnen de fondsen volgens de vertegenwoordiger van het land, in het document niet operationeel worden gemaakt. Hierna wilde Engeland een schorsing vanwege de COP-procedures. Na een urenlange schorsing kwam er een andere COP-president en werd gekozen voor de tweede optie.

Knelpunten

COP15 heeft ook besloten hetgeen waarover geen overeenstemming kon worden bereikt te verschuiven naar de volgende COP16 die in Mexico zal worden gehouden. In juni 2010 zal er verder worden onderhandeld. Er moet nog overeenstemming worden bereikt hoeveel uitstoot zal moeten worden verminderd. De Europese Unie wil verminderen met 25% tegen 2020, VS wil met 17% verminderen, terwijl de ontwikkelingslanden voorstander zijn van een reductie van 40% beneden het niveau van 1990 tegen 2015. In de concept AWG-LCA-overeenkomst is een startfonds opgenomen van drie jaar lang US$ 10 miljard per jaar hulp voor adaptatie- en mitigatiemaatregelen voor de ontwikkelingslanden, maar de ontwikkelingslanden hebben geschat dat ze gedurende lang termijn US$100 miljard per jaar nodig hebben voor adaptatie- en 100 miljard voor mitigatiemaatregelen. Hierover is ook nog geen overeenstemming bereikt. De conceptovereenkomst volgens het Kyoto Protocol spoor is wettelijk bindend, maar in de LCA-overeenkomst is nog niet opgenomen welke wettelijke vorm de overeenkomst zal hebben, terwijl de ontwikkelingslanden wilden hebben dat de overeenkomst een juridisch bindende overeenkomst moet zijn.

Ontwerpovereenkomsten

De overeenkomst volgens het Kyoto Protocol spoor, waarvan de VS geen deel is, zal het Kyoto Protocol na 2012 aanvullen. Van de overeenkomst volgens het LCA-spoor is de VS wel deel. Ook in deze overeenkomst zijn er nog kwesties tussen 'brackets', wat betekent, dat de landen daarover nog geen overeenstemming hebben bereikt. De LCA-overeenkomst is onmiddellijk na aanneming van kracht, maar de Kyoto overeenkomst is pas van kracht in 2013.

donderdag 17 december 2009

Food scarcity threatens population of Suriname

Suriname - a South-American country in the north of Brazil at the Atlantic Ocean - is particularly vulnerable to the negative impacts of climate change because of its low-lying coast. Most of the fertile land is along the coast, as well as a concentration of the country's main economic activities and the majority of the population. Sea-level rise may inundate large parts of this coastal zone.

The impact will be significant and could even be catastrophic for the country. In Suriname's First National Communication to the United Nations Framework Convention on Climate Change (UNFCCC), the government of Suriname states that sea-level rise will result in "increased erosion, large-scale inundation, loss of fertile land, reduction of freshwater resources, decline of biodiversity, and worsening of human health". The report goes on to say that "climate change is likely to result in changes in the hydrological cycle, including the intensity and distribution of rainfall, and drought. The combined effect of these changes makes the country vulnerable to climate change." Experience The farmers of the Saramacca district are already experiencing the loss of fertile land. They can see that the seasons are no longer the same as they were. They have too much water or too little or too much salt water in their agricultural plots. They are seeing their whole crop and their income melt away before their eyes.

Fifty percent of the production potential has disappeared. This could cause food scarcity for the capital Paramaribo where the majority of the population lives. Saramaca is its feeding ground. Suriname has two seasons: the dry season and the rainy season. In the dry season the level of the ground water decreases, resulting in failed crops, and in the rainy season the agricultural area is flooded, which also means the yields fail. For the dry season the farmers have found a solution by pumping water out of a well, but then salt water bubbles up which damages the crops. For the rainy season they do not have a solution, because they cannot pump water out of their agricultural soil, because of illegal dams that are built in the surrounding area.

"My life depends on the climate," says Marlene Tima sadly. "Planting is my life. If the plants get water they laugh with me, but now it is dry, so I don’t have water and my crops don’t grow well, and then I don't have any income." Mitoe Ramdat has no water at all because of the drought. "I can’t do anything. My blood pressure increased and I don’t have money for the doctor, because my yield is lost." Ramdat had to leave farming and he now lives from a little government social care which doesn't give him enough money to eat.

Guno Sanrasid complains that the government does not help them with their agricultural problems and that they themselves have to find a solution. He explained that in the dry season there is not enough fresh water flowing into the sea and stopping the sea from coming in. So the salty sea water is flowing into their wells from below; in the rainy season the sea is still invading via the fresh water rivers—the brackish water of the rivers come out of their branches into their agricultural soil. "In the dry season we save our money to be able to eat in the rainy season, because we cannot plant in the rainy season because of the abundance of water in our agricultural ground," said Brian Kartodirijo.

















Help?

The Caribbean Institute tries to help the farmers of Saramacca. This institute is a social enterprise promoting integral sustainable development in the Caribbean, through modeling and implementing a whole systems approach to community development, social change, management and environmental protection. Its Saramacca project is a five-year multi-stakeholder, multi-partner and multi-donor system-wide intervention to promote food safety and income security in Surinamese horticulture.

The goal of this project is to assist small vegetable farmers in Saramacca to make the transition to organic agriculture for the national and international markets. An important part of the project is therefore the development of a sustainable agro supply chain to help farmers move away from conventional agriculture—which is rapidly losing market share in overseas markets and is detrimental to the environment and health—to organic agriculture. "But now we have other problems, " said Maureen Silos, founder and executive director of Caribbean Institute, "We first have to create systems of rain water reservoirs for the farmers, so that they have enough water for their crops in the dry season. But for the rainy season the whole infrastructure of illegal dams has to be restructured and we need a lot of money to do that."

The Adaptation Fund of UNFCCC could be a solution for the farmers if the Surinamese government submits a project proposal to the adaptation fund. "We are dealing with governments," said Rob Lake representative of the Adaptation Fund Board at the introduction of the Adaptation Fund during COP15. "If we look at the development of our projects we expect that they participate in the development programs which mean that those who are affected by climate change should also have been thought of in those development projects and programs. Of course we cannot ensure that all governments behave like this. We do know that there are many climate change NGO’s and organizations in those countries who are able to make their voices heard. This is very important because if those who are affected are not involved in the projects you will not end up with good profits and good results."

The adaptation fund was specifically initiated to assist developing countries who are parties to the Kyoto Protocol and who are particularly vulnerable to the adverse effects of climate change. The Fund will be used to help meet the costs of adaptation and to finance concrete adaptation projects and programs that are country driven. Up to now there is US$ 34 million in the fund but the expectations are that by 2012 there will be US$ 500 million.

woensdag 16 december 2009

Een lange dag

Vandaag was me een dag. Ik ben vroeg opgestaan om vroeg in Bella Centre te zijn, waar de COP wordt gehouden. Vandaag zou president Ronald Venetiaan de 115 staatshoofden in de High Level Segment toespreken. Ik had een afspraak met een vriendelijke cameraman om beelden voor mij te schieten van die toespraak en ik had georganiseerd bij de broadcast manager, dat wij behoorden tot de pool joournalisten die beelden mochten schieten, want eigenlijk mocht de pers niet naar binnen. Alleen onder begeleiding van de organisatie en alleen om beelden te schieten of foto’s te maken. En niet voor lang, maar voor twee minuten. De schrijvende pers mocht niet naar binnen. Maar omdat ik die manager ken van de vorige COP in Poznan heeft hij ons toestemming gegeven om gedurende de hele speech van de president aanwezig te zijn.


De president zou na de pauze tegen drie uur ‘s middags praten. Dus ik moest vroeg in het Bella Centrum zijn. Ook omdat de security naarmate vrijdag nadert zeer streng wordt. Obama zal die dag namelijk komen. Het openbaar vervoer van Zweden naar Kopenhagen wordt dan stoppgezet door een brug dat wordt gesloten. Alleen de trein mag rijden. Maar ik ging ook vroeg, omdat het vanwege die security steeds moeilijker wordt om in de conferentieruimte terecht te komen en ook vanweg de horde mensen die tracht de conferentieruimte binen te gaan. De ruimte kan volgens Yvo de Boer maar 15.000 mensen bevatten. Het UNFCCC-secretariaat heeft echter meer dan 22.000 mensen geacrediteerd en geregistreerd. Natuurlijk hebben er dan weer protestdemonstraties plaatsgevonden, omdat men niet naar binnen kon.


Wel…, toen ik aankwam begon de eerste tegenslag. De metro stopte niet in Bella Centre. Dus moest ik een halte voor of een halte na uitstappen. Ik stapte een halte voor uit en liep het stuk naar de conferentieruimte. Aangezien ik het positieve van alles probeer te zien, zag ik in de fikse wandeling in de kou als een atletiek training. Op de plaats van bestemming aangekomen was er weer een hele lange rij met duizenden mensen die trachten naar binnen te gaan. Gelukkig was er een aparte ingang voor geregistreerde pers, delegatieleden en UN staff. De NGO’s en civil societies moesten in de lange rij staan. Ik liep een ieder voorbij en haaste mij naar de ingang langs de security, deponeerde mijn winterjas in de cloak room en ging naar het media centre. Voor de cloak room ontmoette ik nog ambassadeur Macdonald die in New York is gestationeerd. Hij had mij beloofd een interview te organiseren met de president. Hij bleek daarmee nog bezig te zijn. Het zou vandaag niet lukken, maar morgen hoogstwaarschijnlijk wel.

In het mediacentrum aangekomen bekeek ik direct mijn mails en luisterde naar de toespraken van de verschillende presidenten. Er zijn namelijk enkele grote schermen waar de 3500 journalisten de speeches konden zien en beluisteren via een luisterapparaat. Niet lang daarna kwam mijn vriendelijke cameraman aangelopen en vroeg mij of hij niet opnieuw moest afstemmen met de broadcast manager, maar ik zei hem dat dat niet hoefde, want er zijn al duidelijke afspraken gemaakt.


Plotseling was er een geroesemoes van je welste. Het was een groep demonstranten gelukt om langs de security te gaan in de plenary room van de high level segment om enkele leuzen luid op te reopen, zoals ,,climate justice now”. De staatshoofden werden even opgeschrikt, maaar toen het de security lukte om de groep naar buiten te dringen gingen ze verder met hun toespraken.
Toen was Chavez aan de beurt. Het was de bedoeling dat elk staatshoofd maar drie minuten sprak, maar Chavez sprak bijna tien minuten en haalde sterk uit naar Amerika en het kapitalistisch systeem die volgens hem klimaatverandering hebben veroorzaakt. Na Chavez zou er een half uur pauze zijn en daarna zou Venetiaan spreken. Tijdens de pauze zouden wij ons voor de deur van de plenary room opstellen om naar binnen te kunnen gaan zodra Vene in aantocht was. Maar wat gebeurde er: de president van de COP liet Vene direct na Chavez praten. En wij renden naar de plenary room, maar werden niet doorgelaten door de vastberaden security, want de mensen van de manager die ons in pools zouden toelaten waren nergens te bekennen. Wij dropen langzaam af en allerlei schuldgevoelens bekropen mij, omdat ik mijn vriendelijke cameraman had gezegd dat alles in orde was. Dus wij gingen terug naar het mediacentrum om nog naar de laatste woorden van Vene te luisteren.


Daarna gingen wij hoogst verontwaardigd naar de manager, maar hij was nergens te bekennen. Een vriendelijke Deense ontving ons en begeleidde ons naar de technische dienst om de beelden van Vene bij de nationale broadcaster te kopen. Ik protesteerde, want ik wilde niet betalenm omdat het hun fout was, maar niemand wilde naar mij luisteren. Het was betalen of geen beelden. Noodgedwongen haalde ik mijn geld uit mijn portemonee, want STVS wachte op de beelden.


Het bleek een file van 2 gigabite te zijn, die met geen mogelijkheid kon worden verzonden. Dus terug naar de technische dienst om de file te compressen tot 79 megabite. Na enkele uren en een heleboel instructies vanuit STVS kon ik eindelijk de beelden en een stand up versturen. Ondertussen was het al 11 uur ‘s avonds geworden. Hillary een journalist van Maleisie, die op mij wachte om te gaan eten en samen met mij te vertrekken, werd het wachten beu en vertrok met een boos gezicht. Maar ik kon niet weg zolang de beelden niet waren verstuurd. Na mijn werk voltooid te hebben kon ik dus eindelijk vertrekken

Zie ook:http://www.stvs.sr



Buiten aangekomen sneeuwde het – ik kan niet zeggen pijpestelen – grote sneeuwvlokken. Voor de tweede keer in mijn leven zag ik sneeuw. Het was wel aangenaam, maar ik ben wel enkele keren bijna uitgegleden, dus liep ik voorzichtig verder naar de metro en later naar de trein. Jan en Angelica, journalisten van Reuters die ik op het perron van de metro ontmoette, waren zo aardig foto's van mij te willen maken. Toen ik op Angelica's badge keek en haar naam uitsprak vroeg Jan mij direct in het Nederlands uit welk land ik kwam. Hij bleek een Belg te zijn die met een Afrikaanse is getrouwd en dolgraag met vakantie naar Suriname te willen gaan.

In elk geval..., de trein stopte in Malmö en ik bleef zitten, omdat die altijd verder gaat naar Lund. Een andere vriendelijke Deense zei me toen, dat die treinconducteur heeft omgeroepenm dat de trein niet verder ging.


Ik moet wel zeggen dat die mensen hier in Denemarken en Zweden uitzonderlijk vriendelijk zijn. Dat kan ik niet zeggen van de Duitsers. Vorig jaar tijdens COP14 in Poznan moest ik via Duitsland reizen en geen enkele taxichauffeur wilde ons –een groep Afrikanen en ik – rijden. Wij moesten daarom drie blokken lopen naar ons hotel, want die taxichauffeurs zeiden ons gelukkig wel hoe wij moesten lopen naar het hotel. Tijdens het lopen zag ik een kale man allerlei dingen naar mij toeschreeuwen en aan zijn intonatie en gezicht kon ik merken dat het geen liefdesverklaring was. O…, wat was ik bang voor die Duitsers. Bang dat ze mij zouden vermoorden, want tijdens de tweede wereld oorlog maakten ze joden en negers dood.


Toch was er wel een leuke Duitse studente waarmee ik in een wagon zat, die mij aansprak, benieuwd wie ik was en van waar ik kwam. Ze bood mij vodka aan, waardoor het gesprek vlotte. Ik kon het niet nalaten haar te vragen naar de tijd van de oorlog. Het gesprek stokte direct en het duurde tien minuten voordat ze weer sprak. Toen zei ze, dat Duitsers eigenlijk niet graag over die tijd praten, omdat ze zich daarvoor schamen. Ze was toen nog niet gebeuren, maar had wel het een en ander van haar oma gehoord. Ze houden de persvrijheid hoog in het vaandel en waken ervoor dat die niet wordt geschonden, omdat ze in de oorlogse tijd maar één zender hadden en dat was de regeringszender. Zo kon Hitler hen beïnvloeden.


Anyhow…, het meisje was zo lief, dat ze – toen wij waren uitgestapt - ons hielp kaarten in de automaat te kopen voor de volgende trein die wij moesten pakken. Natuurlijk nadat ze ons had vertelt hoe wij verder moesten reizen. Als ze er niet was geweest stonden wij nog steeds in Duitsland. Zoals haar zijn er een heleboel hier in Zweden en Denemarken.
Ik stapte dus uit de trein in Malmö en moest een half uur in de sneeuw wachten op de volgende trein naar Lund. Daar aagenkomen kon ik niet meer tegen die kou en ik had geen zin om weer een uur op de nachtbus te wachten, dus nam ik een taxi naar het hotel, wat mij 20 Euro koste.


Met tegenzin gaf ik dit geld uit, want eigenlijk is het bus- en treintransport in zowel Zweden als Lund tijdens de dagen van de COP gratis voor de COP-gangers. Daarvoor hadden de beide regeringen gezorgd. Om zo snel mogelijk in het hotel aan te komen pakte ik dus een taxi. De chaufferu reed wel traag, terwijl de meter omhoog klom. Gelukkig was mijn God met mij en waren alle stoplichten op groen. Eindstand moest ik 100 Zweedse kroner of 20 Euro betalen. Nu ben ik in mijn hotelkamer. Het is 00:30 en ik ga direct in bad. Mijn collegea hier kijken mij altijd zeer verbaasd aan als ik ze zeg dat ik eerst ga baden voordat ik ga slapen. Ze zijn dat stellig niet gewend in deze kou. Morgen is het weer een andere uitdaging. Zal ik de gelegenheid krijgen om de president te interviewen?

dinsdag 15 december 2009

Plenaire vergadering COP15 opgeschort

De plenaire vergadering is vandaag opgeschort. De ontwikkelingslanden (Afrika, G77 en AOSIS) willen dat de COP resulteert in garanties voor scherpe vermindering van de uitstoot van broeikasgassen, maar de rijke landen proberen volgens een aantal ontwikkelingslanden de discussies over het enige mechanisme dat dit zal kunnen bewerkstelligen (het Kyoto Protocol) te vertragen.

Een aantal leden van G77 waren upset door de manier waarop formele consultaties werden omschreven in het dagelijks programma van de COP15 en het gebrek aan verwijzingen naar het Kyoto Protocol. Afrikaanse landen hebben geweigerd door te gaan met besprekingen, behalve als er prioriteit wordt gegeven aan een tweede committeringsperiode van Kyoto Protocol boven de bredere discussies onder het LCA (Long term Cooperative Action)-spoor. De president van de COP Connie Hedegaard, praat nu met regeringsgroepen om een manier te vinden om verder te gaan met de plenaire vergadering.

UNFCCC had afgelopen vrijdag de tekst van een herziene versie van de klimaatovereenkomst in Kopenhagen op tafel gelegd. Dit document omvat twee aparte sporen van onderhandelingen – het Kyoto Protocol spoor, waarvan de Verenigde Staten (VS) geen deel van is en het LCA-spoor waar de VS wel onderdeel van is – .De ontwikkelingslanden zijn voorstander van het Kyoto Protocolspoor, omdat alleen het Kyoto Protcol een mechanisme omvat voor wettelijk bindende emissievermindering door rijke landen. Echter is het Kyoto Protocol niet door VS ondertekend en de rijke landen vinden dat de VS erbij moet zijn, omdat de VS na China de grootste uitstoter is van broeikasgassen in de atmosfeer.

Tweesporige overeenkomst

De Afrikaanse landen beschuldigen de rijke landen ervan het bestaan van het Kyoto Protocol te niet te willen doen. Hun probleem is, dat de richting die de gesprekken aannemen, aantonen dat er een overeenkomst zal ontstaan met maar één spoor, zonder enige garantie, dat er een compliance mechanisme aan het eind van de dag zal zijn. De zorg van vele ontwikkelingslanden en kleine eilandstaten is, dat VS en andere landen zeggen, dat ze geen compliance mechanisme willen hebben. Afrika wil eerst discussies over Kyoto Protocol, maar Australiē, Japan en Zweden namens de Europese Unie zijn tegen hetgeen Afrika naar voren brengt.
De benadering van de twee-sporen-overeenkomst is aanbevolen in het Bali Actie Plan dat twee jaar geleden door de VN is aangenomen in Bali/Japan.

Internationale NGO’s zeggen Afrika en de Alliance of Small Island and low laying coastal States (AOSIS), waar onder Suriname, te zullen blijven ondersteunen. Deze landen zijn voorstander van een twee sporige wettelijk bindende overeenkomst zoals is voorgesteld in het Balli Actie Plan.

De plenaire vergadering was gisteren gepland voor 10:30, maar is niet doorgegaan. Vandaag was dus een verloren dag. Er resten nog vier dagen voordat ongeveer 110 staatshoofden arriveren in Kopenhagen om een nieuwe mondiale klimaatoverenkomst te ondertekenen.

Op een persconferentie heeft Yvo de Boer, executive secretary UNFCCC gezegd, dat de onderhandelingen gericht zullen zijn op de voortgang van het Kyoto Protocol. Binnen dit Protocol zijn 40 geïndustrialiseerde landen wettelijk verplicht tegen 2020 hun uitstoot te beperken, hoofdzakelijk van het branden van fossiele brandstoffen, met tenminste 5.2 % beneden het niveau van 1990.

Conferentieruimte Propvol

Vandaag waren er honderden mensen (delegatieleden, journalisten, NGO’s) stucked outside de Bella Centre waar de conferentie wordt gehouden. Ze stonden langer dan tien uren in rijen in de kou om binnen te worden gelaten, maar ze moesten wachten, totdat er een paar mensen weggingen om te worden toegelaten. De conferentieruimte is propvol. Tot nu toe zijn er 45.215 mensen geregistreerd en geaccrediteerd voor de conferentie (11,500 partijen, 22,774 NGO’s/observers, waarvan morgen slechts 1.000 zullen Worden toegelaten, 3.487 persmensen – niet alle journalisten zullen morgen worden toegelaten tot key events - en 7,400 VN-stafleden).

Voor vandaag zijn er 22,387 mensen toegelaten, maar de ruimte kan volgens Yvo de Boer eigenlijk maar 15.000 mensen bevatten, anders wordt de ruimte onwerkbaar. Bewegingen rondom de conference centre zullen morgen zeer beperkt worden, wanneer de high level sgement begint om 17:30. Dit zal het geval zijn tot het einde van de conferentie op vrijdag, wanneer de beperkingen hoogstwaarschijnlijk erger zullen worden.

zondag 13 december 2009

Concept klimaatovereenkomsten op tafel

De Verenigde Naties heeft afgelopen vrijdag een herziene versie van de klimaatovereenkomst in Kopenhagen gepubliceerd. In het voorstel is er geen lang termijn financiële ondersteuning opgenomen om ontwikelingslanden te helpen zich aan te passen aan klimaatverandering en het voorstel garandeert ook geen klimaatactie. Het document dat twee aparte sporen van onderhandelingen omvat – het Kyoto Protocol spoor, waarvan de Verenigde Staten geen deel van is en het LCA-spoor waar de VS wel onderdeel van is – is een reflectie van de twee jaren officiële onderhandelingen. Indien de onderhandelaars het document niet kunnen wijzigen vóór morgen, zal dit het document zijn dat de ministers en de staatshoofden onder ogen zullen krijgen, wanneer ze in Kopenhagen zullen arriveren.

Kim Carstensen, leider van WWF Global Climate Initiative zei: ,,De tekst verschaft een basis om de juiste politieke beslissingen te nemen. Het bevat vele hiaten, maar het toont ook duidelijk dat een overeenkomst mogelijk is. De hyaten zijn nu zichtbaar en moeten worden gevuld met politieke wil en concrete financiële commiteringen. Wij weten nog steeds niet hoeveel geld er zal zijn en waar het vandaan zal komen. De landen moeten deze hyaten zo snel mogelijk vullen, de meest ambitieuze voorgestelde opties selecteren in de tekst en ze een bindende karakter geven. Kopenhagen kan alleen komen tot een overeenkomst als de onderhandelingen eerlijk zijn, open en transparant. Terwijl wij begrepen dat een groot aantal partijen niet gelukkig waren met de manier waarop deze tekst is voorgesteld.

De Europese Unie heeft de concept klimaatovereenkomst niet warm ontvangen, omdat die geen duidelijk meetbare doelen heeft. Ook de Alliance of Small Island en Low Lying Coastal States (AOSIS) is niet happy met het concept, omdat het niet wettelijk bindend is. Ze hebben een nieuw voorstel ingediend, dat wel wettelijk bindend is. De Denen op hun beurt hebben ook een voorstel ingediend

Inheemsen leiden grote protestmars in Kopenhagen

Een grote en luide protestmars heeft plaatsgevonden in de straten van Kopenhagen onder het vaandel van: 'System Change Not Climate Change.' De wandelloop is georganiseerd door de Deense inheemse groep "Klimakollektive", samen met Climate Justice Action en Climate Justice Now!, twee netwerken bestaande uit kritische NGO’s, sociale organisaties, jongeren en locale Deense klimaatactivisten (verenigd in de Klimakollektivet) alsmede klimaatactivisten binnen COP15.

Deze twee netwerken opereren gescheiden van elkaar binnen en buiten de VN-klimaatbesprekingen. Ze beweren dat de markt gebaseerde valse oplossingen waarover er wordt gesproken zullen leiden tot ‘klimaat kolonialisme’ en dat oneindige economische groei niet mogelijk is in een wereld van eindige hulpbronnen.
Het doel van de protestmars is een zichtbare politieke identiteit te creëren van groepen die het VN-proces en het huidige economische systeem dat fossiele brandstof consumptie en klimaatverandering tot stand brengt bekritiseren.
De wandelloop heeft ook als doel een platvorm te verschaffen aan die groepen, die het meest kwetsbaar zijn voor de effecten van klimaatverandering en die groepen die het meest worden gemarginaliseerd binnen het VN-proces, zoals de inheemsen, vrouwen, jongeren en de Alliance of Small Islands States (AOSIS).
De inheemse delegatie is de koploper geweest in de protestmars die op een gegeven moment uit de hand is gelopen. Demonstranten gooiden met flessen en sloegen ruiten in en staken een auto in brand. Een Deense man werd gewond door een bombel en een politiemand door een steen. Er zijn duizenden demon stranten gearesteerd.Ze werden door de oproerpolitie vastgebonden en geplaatst om te zitten in lange rijen in de kou.

Toespraken

Voordat de loop begon hielden ‘high profile’ activisten toespraken vanuit een platte truck. "Inheemse rechten en kennis zijn fundamenteel bij het aanpakken van klimaatverandering, maar de Verenigde Staten en Canada hebben de VN-Declaratie over de Rechten van Inheemsen (DRIP) niet ondertekend,” zei Jihan Gearon van Fort Defiance Arizona/Navajo Nation, Native Energy Organizer with Indigenous Environmental Network.
"Door onze inspanningen hier deze week, heeft de VS de opname van DRIP-taal in de tekst van de overeenkomst bediscussieerd. Wij lopen vandaag om kracht bij te zetten aan een klimaatbeleid dat inheemse rechten verdedigt en wij zullen doorgaan met werken aan milieugerechtigheid binnen onze gemeenschappen thuis. Wij zijn hier bij de COP als inheemsen om te spreken over bedreigingen van onze culturele overleving en effecten van klimaatverandering die een directe bedreiging vormen voor het leven van onze gemeenschappen,," zei Clayton Thomas Mueller, campagnevoerder van de de Indigenous Environmental Network, dat meer dan 20 inheemse delegaties van locale gemeenchappen in Canada en de VS bij elkaar heeft gebracht om te bouwen aan een mondiale beweging voor klimaatgerechtigheid.

Bezorgdheid

De protestmars is ontstaan, omdat de inheemsen en andere groepen zich zorgen maken over de gang van zaken binnen de VN-klimaatbesprekingen. Max Ooft, focal point van de International Indigenous Peoples Forum on Climate Change (IIPFCC), gaf desgevraagd uitleg over de bezorgheid van de inheemsen. "De inheemsen worden niet van tevoren geconsulteerd, terwijl er besluiten worden genomen, die verstrekkende gevolgen voor hen kunnen hebben. Bijvoorbeeld de instelling van beschermde gebieden. Er worden ook besluiten genomen over bossen die als onderpand worden gegeven voor het verkrijgen van geld.
Dit geld komt vaak nooit terecht bij de mensen die in het bos wonen en van het bos gebruik maken. Men ziet het bos teveel als commercieel middel, terwijl bossen voor de inheemsen veel grotere en wijdere betekenissen hebben. De inheemsen leven in hechtere relatie met de natuur en als klimaatverandering daarop invloed heeft, is dat ook rechtstreeks van invloed op de inheemsen, met name hun levensstijl en leefgewoonten. Daarom dat wij bij elke beslissing die wordt genomen, die te maken heeft met of klimaatverandering zelf of de maatregelen die worden genomen tegen klimaatverandering, dus zeggen, dat dit soort besluiten moeten worden genomen met volledige inspraak van de inheemsen en volledige respectering van de rechten van de inheemse volken. "

De delegaties van AOSIS maken zich ook zorgen en hebben daarom ook deelgenomen aan de protestmars. "Wij moeten soms gillen om te worden begrepen, " zei Antonio Pedro Monteiro Lima, ambassadeur van de Republiek van Kaapverdische Eilanden gisteren tijdens een ontmoeting met jongeren die hij opriep ook meet te doen aan de mars. "Wij onderhandelen niet over economie, maar over overleving. Wij hebben te lijden aan de effecten van klimaatverandering. De rampen van klimaatverandering gebeuren nu al. Er zijn reeds eilanden die verdwijnen. Onze biodiversiteit gaat verloren. Orkanen, droogte, woestijnvorming, overstromingen vernietigen alles. Door de overstromingen hebben wij voor het eerst dengue. Wij kenden dat niet. Onze partners moesten ons daarmee helpen. Wij proberen te overleven. Wij willen niet worden vergeten. Wij willen niet alleen staan, wanneer wij het hoofd bieden aan deze situatie. Degenen die de CO2 in de atmosfeer hebben gezet moeten het opruimen. Wij hebben de ondersteuning van de jeugd nodig, omdat jullie eronder zullen lijden." De protestmars is geëindigd voor de deur van het Bella Centrum, waar COP15 wordt gehouden.

Petitie

De IIPFCC heeft gisteren op de 61ste jaardag van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens een petitie getiteld ‘I Respect Human Rights! Human Rights Day 2009’ uitgegeven. Volgens de petitie zijn de mensenrechten basisrechten en vrijheden, waaraan alle mensen aanspraak op maken.
Voorbeelden van deze rechten zijn: het recht op leven, het recht op economische, sociale en culturele rechten, het recht op water, het recht op voedsel en het recht op onderwijs. In de petitie staat geschreven: "I affirm my commitment to the universal human rights, including the human rights of Indigenous Peoples as embodied in the UN Declaration on the Rights of Indigenous Peoples. " Het ligt in de bedoeling dat mensen behalve tijdens de COP de petitie ook ‘on line’ ondertekenen.
.

donderdag 10 december 2009






COP15 opent verdere onderhandelingen over ambitieuze klimaatovereenkomst

De vijfitende Conference of the Parties van de United Framework Convention on Climate Change (COP15) is gisteren officieel geopend. Regeringsdelegaties, NGO’s, observeerders en journalisten participeren aan deze conferentie. Na de opening hebben de delegaties zich in groepen terug getrokken om verder te onderhandelen over kwesties die gaan over hoeveel ontwikkelde landen zullen verminderen en waar het geld en de technologische ondersteuning vandaan zullen komen om de ontwikkelingslanden te helpen hun uitstoot te verminderen en zich aan te passen aan klimaatverandeirng. Er is gesproken over een opstart van US$ 10 miljard per jaar, maar er moet nog worden onderhandeld over hoe dit geld zal worden beheerd. Het grootste gedeelte van de onderhandelingen zijn gedurende de afgelopen twee jaar voltooid.




De onderhandelingen tijdens COP15 zullen moeten uitmonden in een overeenkomst die essentieel is voor een mondiale overgang in groene econmische groei en om de meest kwetsbaren te helpen zich aan te passen aan de effecten van klimaatverandering. Er is namelijk overtuigend wetenschappelijke bewijs dat klimaatverandering een bedreiging vormt voor economische groei, voorspoed en overleving van de meest kwetsbare groepen. Als de delegaties geen uitsluitsel hebben bereikt zullen de ministers als ze volgende week komen nog twee dagen verder gaan met de onderhandelingen. De deadline van de onderhandleingen is het einde van COP15. Totaal zijn er dus acht dagen om een werkbare documment voor te bereiden, dat bestaat uit zowel onmiddellijke als lang termijn acties die de wereldleiders kunnen aannemen op 18 december aanstaande.




Bewsutzijn

Dat de wereld zich steeds meer bewust wordt van de bedreiging van klimaatverandering blijkt uit de belangstelling voor de conferentie. Er hebben zich 35.000 participanten aangediend, maar er is slechts ruimte voor 15.000 participanten. Een groot deel volgt de conferentie vanuit zijn hotelkamer, terwijl het resterend deel buiten staat te wachten op een gelegenheid om naar binnen te kunnen gaan. Er zijn 3500 journalisten, maar er zijn nog meer die geaccrediteerd willen worden. De accreditatie is echter door ruimte gebrek gesloten. Suriname participeert ook met regeringsvertegenwoordigers, NGO’s en journalisten. President Ronald Venetiaan en zijn ministers van Planning en Ontwikkelingssamenwerking, Ruimtelijke Ordening en Grondbeheer en zullen zich later ansluiten. Voor Suriname is van belang zich aan te sluiten bij de Alliance of Small Island States (AOSIS) en de Coalitie van Regenwoudlanden , daar ze gemeenschappelije problemen heeft en als enkeling een drenkeling is.

Daling broeikasgassen moet snel gebeuren



Wetenschappers hebben gewaarschuwd, dat de uitstoot van broeikasgassen snel zal moeten dalen als de landen een gevaarlijke stijging van de temperatuur willen vermijden. Indien de emissies verder stijgen zal de wereld het hoofd moeten bieden aan een stijging van 3 graden Celcius deze eeuw. Dit zal ernstige effecten met zich meebrengen zoals zeespiegelstijging, veranderingen in seizoenen en een vermeerdering in de frequency en intensiteit van extreme weer zoals stromen, overstroingen en droogten. Vele ontwikkelde landen hebben aangegeven dat tegen 2020 de stijging de 2 graden Celcius niet mag passeren, maar de ontwikkelingslanden praten over een maximale stijging tot 1 1/2 graden Celcius tegen 2015. Professor Katherine Richardson, plaatsvervangend dekaan voor Public Outreach van de Faculteit van Wetenschappen van de Universiteit van Copenhagen vreest echter dat politici denken: ,,wij zeggen 2, maar wij streven naar 3. Er is toch niet veel verschil tussen 2 en 3”. Er is volgens haar wel degellijk een groot verschil, aangezien de risico’s veel groter zijn. Ze zegt dat het problem van stijging van de temperatuur op te lossen is. De wetenschap is er en de technologie om de ophoping van broeikasgassen in de atmosfeer te stoppen of te verminderen is er ook. Wat er ontbreekt is de politieke wil, aldus Richardson.
Succes Kopenhagen

Het is nog niet duidelijk hoe de conferentie zal eindigen, maar Yvo de Boer – executieve secretaris van het UNFCCC-secretariaat – zegt, dat Kopenhagen alleen succesvol zal zijn als het betekenisvolle en onmiddellijke acties voortbrengt, die beginnen op de dag dat de conferentie eindigt. De volgende week zal volgens hem gericht moeten zijn op het ontwerpen van solide en practische voorstellen die direkte acties zullen ontketenen op het gebied van mitigatie (emissiebeperking), adaptatie, financiën, technologie, REDD en capaciteitsopbouw. Ontwikkelingslanden hebben voelbare en onmiddellijke acties nodig in deze cruciale kwesties, daar zij het meest kwetsbaar zijn voor de effecten van kllimaatverandering.

Breekpunt

Er is een groot breekpunt tussen ontwikkelde en ontwikkelingslanden. De ontwikkelde landen hebben de klimaatverandering veroorzaakt door hun uitstoot van broeikasgassen sinds de industriële revolutie. Ze hebben ook de grootste financiële en technologische middelen om klimaatverandering tegen te gaan. De ontwikkelde landen willen dat China en India de last van het beperken van emissies helpen dragen, omdat ze ook grote en groeiende emissies hebben. China heeft inmiddels bekend gemaakt met veertig procent te willen verminderen. India wil met twintig procent beperken tegen 2020. Ontwikkelingslanden persisteren erin, dat ze moeten dealen met onmiddellijke armoedebestrijding en sociale kwesties en moeten worden geassisteerd met mitigatie acties, daar zij klimaatverandering niet hebben veroorzaakt en minder hulpbronnen hebben om die tegen te gaan. De landen met de minste uitstoot zijn het kwetsbaarst voor de effecten, zoals de Small Islands Development States en laag liggende kustlanden, waar onder Suriname. Ze willen dat de ontwikkelde landen tegen 2020 hun uitstoot beperken met 45% beneden het niveau van 1990, maar de ontwikkelde landen hebben een voorstel gedaan van 16 tot 23%.

Wat zeker zal worden aangenomen tijdens COP15 is REDD (Reduced Emissions from Degradation and Deforestation). Landen die hun ontbossing verminderen kunnen credits verkrijgen. Deze credits kunnen worden verkocht op internationale koolstof markten. Wat er nog moet worden onderhandeld is hoe REDD voordeel zal bieden aan gemeenschappen die afhankelijk zijn van het bos, hoe REDD de verandering van natuurllijke bossen in plantages zal beschernen en hoe REDD voordelen zal brengen voor biodiversiteit .

woensdag 9 december 2009

De weg naar Kopenhagen


Ik mag op uitnodiging van UNFCCC en COM+ (Communicators for sustainable development) verslag doen van de vijftiende Conference of the Parties (COP15) to the United Nations Framework Convention on Climate Change (UNFCCC) die van 7 – 18 december 2009 in Kopenhagen/Denemarken wordt gehouden. Zie ook http://www.complusalliance.org

Ik heb mij verheugd op COP15, ondanks ik weet dat het hard werken is, want ik ben van plan voor zowel COM+, STVS, Paramaribo1line en het Caribisch Gebied nieuws te maken. Vorig jaar had ik een fellowship award gewonnen van de Climate Change Media Partnership (CCMP) om verslag te doen van COP14 in Poznan/Polen.

Dit keer ga ik niet als fellow, maar als volwaardige journalist. Wat het verschil is zal ik merken als ik in Kopenhagen ben. In elk geval werd je als fellow stiefmoederlijk behandeld. In die zin dat je te weinig geld kreeg, waardoor je moest beperken op je voeding. Je had geen kamer voor jezelf, terwijl ik van tevoren had aangegeven dat ik snurk, om dan diep in de nacht half slapend en op eigen kosten van huis te moeten veranderen, vanwege mijn gesnurk. Daarnaast gaf de organisatie je geen enkel vrij moment. Het programma was overvol.

Elke dag werden er ontmoetingen met allerlei deskundigen georganiseerd die informatie gaven over hun werkgebied. De organisatie verwachte dan, dat je én items schreef én het druk programma afwerkte. Zelfs op de zondag was er iets op het programma. Dat was voor mij de druppel die de emmer deed overlopen. Uit protest bleef ik een zondag thuis, want als God de wereld heeft geschapen in zes dagen en de zevende dag ruste, wie ben ik om te zeggen dat ik geen dag in de week zou rusten?

Any how..., nu ben ik gelukkig geen fellow meer, want ik heb gedaan wat enkele journalisten mij in Poznan adviseerden. Ze zeiden: ,,make sure that you be at COP15 via UNFCCC, because then you will be independent”. En dat heb ik gedaan. Een late mail naar het UNFCCC-secretariaat met al mijn ‘credentials’ waren voldoende om een uitnodiging en een ruime fee te ontvangen. En als ik naar het programma kijk heb ik inderdaad voldoende ruimte om vrij en onafhankelijk te zijn.

Nog net voor vertrek kreeg ik een e-mail van de organisatie dat er op de dag van de opening van de conferenctie een diner en receptie zou zijn in een hotel in Malmö/Zweden. Dus kon ik nog net een receptie ‘dress’ plaatsen in mijn koffer.

Met goede moed ben ik vertrokken naar Kopenhagen, na de trouwdag van mijn dochter. Ik moest haar eerder dit jaar plechtig beloven dat ik niet vóór haar trouwerij naar Kopenhagen zou vertrekken. Dus ben ik een dag te laat in Kopenhagen gearriveerd, na een negen urenlange vliegreis naar Nederland.

Gelukkig ben ik in slaap gevallen, waardoor de reis minder lang leek. Ik droomde over een grote opstand van Braziliaanse gouddelvers in het Lawagebied. De opstand was tegen de Aluku’s (de plaatselijke Surinaamse bevolking) om hout en goud in de omgeving. Duizenden Brazilianen die van overal uit het bos kwamen ontmoetten elkaar op een open plek in het bos. Op de plek was een podium opgestald met Braziliaanse leiders die de andere gouddelvers toespraken. Ik was in een helicopter. Later belande ik in het huis van een Aluku strijder en kreeg daar twee grote slagersmessen om mij te verdedigen. De West wist van de opstand. Tenminste..., die krant wist wat, maar wit niet precies wat er gebeurde. Ik werd weer goed op de eigenaar van de krant, omdat hij een ‘item’ van mij wilde hebben.

Vol bezorgdheid werd ik wakker en voelde wat kou aan mijn voeten. Om gemakkelijk te kunnen zitten had ik mijn laarsen uitgetrokken, maar toen ik ze weer wilde aantrekken bij de landing van het vliegtuig op Schiphol gingen ze niet meer aan mijn voeten, want die waren opgezet. God alleen weet hoe dat komt. Aangezien ik niet op blote voeten wilde lopen op pde luchthaven heb ik mijn voeten met veel moeite gewrongen in de laarsen, waarvan ik de rits met geen enkele moeite kon dichttrekken. Gelukkig kon ik desondanks wel lopen met ze. Alhoewel zeer voorzichtig. Ik trok wel veel aandacht door het lopen met open laarsen. Op Schiphol moest ik weer een vliegtuig pakken naar Kopenhagen, waarna ik de trein moest pakken naar Zweden, want de organisatie had een hotel in Lund (een stadje aan de grens tussen Zweden en Denemarken) voor mij geboekt, omdat alle hotels in Kopenhagen volgeboekt waren.

Dit keer is het gesjouw van de vorige keer naar en van treinstations in de barre kou en verstijfde vingers mij niet meer overkomen. Ik heb maar één koffer op wielen meegenomen en trok handschoenen aan, wollen hoed, oorbeschermers, panty’s, dikke majo’s, jeansbroek, kamisool, ondertruitje, dikke wollen boventrui, winterjas en een sjaal. Achteraf bekeken valt de kou toch wel mee. Het is niet zo koud als in Polen, maar wel kouder dan Nederland. Te Kopenhagen aangekomen ben ik maar direkt met de bus en bagage rechtstreeks naar de Conferentie geweest, om zo min mogelijk te missen. Tegen acht uur ’s avonds was de receptie en het diner waarop ik mij verheugde, want inmiddels had ik een reuze honger gekregen.

Ik had mijn honger opgespaard om zoveel mogelijk te genieten van het diner. Hoe ontgoochelend was het toen ik in het hotel aankwam in Mamo/Zweden waar de receptie werd gehouden voor de 25 COM+ journalisten. Het diner bleek bakjes met pinda’s, chips en zwarte piep kleine olijven te zijn, aangevuld met een fles witte en een fles rode wijn voor ons allen tijdens een vergadering met de organisatie. Ik kon mijn teleurstelling nauwelijks voor mijzelf houden en een collega (Matelita Ragogo uit Fiji) merkte dat op. Toen ik mijn beklag deed zei ze dat ik de e-mail verkeerd had begrepen. Er werd volgens haar bedoeld “a diner at the reception of the hotel”. De ruimte waar wij dineerden was immers naast de receptie van het hotel. De organisatie had wel een raar idee van een diner. Zomaar had ik mijn eetlust gekweekt.

Na de vergadering haaste ik mij naar de dichtstbijzijnde snackbar om een hamburger te kopen. Toen ik eindelijk tegen twaalf uur ’s avonds dodelijk vermoeid in mijn hotel (first planetstaden hotel) in Lund/Zweden aankwam nam ik een uitgebreid bad om dan lekker te smullen van mijn hamburger. Maar ik kon mijn hamburger nergens vinden. Ik heb een half uur lang mijn tas, koffer en hele hotelkamer gezocht, maar ik vond die niet. Ik kon mezelf wel een vuist slaan. Ik had die hamburger vergeten in die snackbar. Er bleef mij niets anders over dan direct te gaan slapen, want de keuken van het hotel was al gesloten. Dat was mijn eerste dag van COP15.